Stadhuis, Antwerpen (B).
Werelderfgoed wordt ‘Huis van de Stad’.
Het stadhuis wordt een echt ‘huis van de stad’. De benedenverdieping en het Schoon Verdiep worden daarom (deels) opengesteld voor het publiek en alle schepenen en hun kabinetten komen weer onder één dak.
Daarnaast was een grondige restauratie van gevels en interieurs noodzakelijk, en moest het gebouw naar comfort en energieprestaties klaar gemaakt worden voor de toekomst (BREEAM ‘Very Good’). Deze doelstellingen luiden de tweede grote transitie van het historische stadhuis in. Enkel vergelijkbaar met de zeer omvangrijke transitie in de 19de eeuw waarin veranderingen werden aangebracht tot diep in de ruimtelijke beleving van het gebouw. Het is belangrijk de vragen en antwoorden van vandaag te situeren in de cadans van verandering die het gebouw in het verleden reeds onderging.
Ondanks de reikwijdte van de transitie in de 19de eeuw behield deze het stadhuis in een staat van ‘gelaagde samenhang’. Er zijn verschuivingen opgetreden, verbindingen werden herzien, accenten werden anders gelegd. Voortbouwend op de geleding en de maatverhoudingen die in origine in de Florisstijl voor het stadhuis werden bepaald, werd een meer contemporaine neo-Vlaamse renaissance beleving gecreëerd. De oorspronkelijke structuur bleef echter leesbaar - ze werd letterlijk ‘voortgezet’ - en geldt tot op de dag van vandaag als het canon van het gebouw. Om deze gelaagde samenhang in de voorliggende tweede grote transitie van het stadhuis te behouden en te versterken, is een aanpak nodig die vertrekt vanuit de essentie van het bestaande. Een architectuur die ontstaat uit de overtuiging dat het gebouw zélf zal aangeven wat het nodig heeft, en dat antwoorden op nieuwe vragen eigenlijk reeds in de historische structuur - de code van het gebouw - bescholen liggen.
De gevels en interieurs werden gerestaureerd met aandacht en respect voor de sporen van de tijd. Het gebouw onderging geen verjongingskuur, maar werd in waardigheid hersteld. We herstelden de ruimtestructuur van de beneden- verdieping zodat deze opnieuw een heldere ruimte wordt. Alle poorten kunnen weer open en de hoofd-toegang ligt opnieuw op de Grote Markt.
De tweede verdieping, die veel mensen nu niet kennen, maakten we even belangrijk als het Schoon Verdiep. Dat is nodig want hier werken straks ook schepenen en hun kabinetten. We ontwierpen 2 centraal gelegen, dubbelhoge ruimten – de vestibules– waarlangs veel daglicht binnenvalt en je een uitzicht op de wolkenhemel en op de prachtige historische campaniletoren zal hebben. De vestibules verlengen de ruimtelijke geleding van de onderliggende verdiepingen tot op het niveau van het nieuwe “Verlicht Verdiep”.
Stijn Bollaert, Jeroen Verrecht, David Jacobs, Wouter De Ceuster, Tijs Vervecken
.avif)
Images/videos are always set to 4 or 6 columns wide.
Within a 'Project', two additional sizes are used:
- Full-screen image (all columns)
- Carousel (8 columns)
A maximum of 2 images or videos can be on the same row, with at least 1 column of space between them.
'Panels' always accompany corresponding content and never stand alone.
Only one 'Panel' can be attached to each row.

Het Stadhuis werd in de 16e eeuw gebouwd, en is sindsdien het politieke centrum van de Stad Antwerpen.
In de 19e eeuw vond een grootschalige transitie plaats. Voortbouwend op de geleding en de maatverhoudingen die in origine in de Florisstijl voor het stadhuis werden bepaald, werd een meer contemporaine neo-Vlaamse renaissance beleving gecreëerd.



Om deze 'gelaagde samenhang' in de voorliggende tweede grote transitie van het stadhuis te behouden en te versterken, is een aanpak nodig die vertrekt vanuit de essentie van het bestaande.
Een architectuur die ontstaat uit de overtuiging dat het gebouw zélf zal aangeven wat het nodig heeft, en dat antwoorden op nieuwe vragen eigenlijk reeds in de historische structuur - de code van het gebouw - bescholen liggen.

.avif)


.avif)
.avif)
.jpg)

.avif)

De kabinetten op het Verlicht Verdiep kennen een terughoudende materialisering. Alle aandacht gaat naar daglicht en de blik op de omgeving.
Subtiele verschillen tussen primair een secundaire deuropeningen liggen in lijn met de hiërarchie die we hierrond ook aantreffen in de lager gelegen historische interieurs. Het bestaande gebouw reikt ons aan wat het nodig heeft.


